maandag 13 november 2017

De Relatieve Waarde Van Wetenschap

Als ik mensen spreek, krijg ik vaak de vraag of osteopathie wetenschappelijk bewezen is. Nu is dat op zich best wel het geval, al moet je voor de meeste serieuze onderzoeken wel naar het buitenland. Daar zijn namelijk instituten die de know-how en financiën hebben om goed onderzoek te doen.
Hier in Nederland worden wij als beroepsgroep regelmatig aangesproken op het gemis van wetenschappelijke onderbouwing maar ons ontbreekt dan ook het geld en de infrastructuur om aan die eis tegemoet te komen. Er zijn simpelweg geen wetenschappers die het onderwerp op willen pakken.
Als we zelf de nodige middelen bij elkaar zouden krijgen en een onderzoek op zouden zetten, krijgen we het verwijt dat we als slagers ons eigen vlees keuren.

Nu heb ik persoonlijk veel interesse voor (medische) wetenschap en erken dat de wetenschap een goede manier is om de wereld om ons heen beter te begrijpen, maar mij bekruipt de laatste tijd steeds meer een andere gedachte. Is de roep om alles wetenschappelijk te bewijzen wel terecht of zelfs wenselijk.

Als ik naar mijn eigen vak, osteopathie, kijk, zie ik wel enkele haken en ogen.
Aan een hoogwaardig onderzoek hangen eisen. Dit zijn vooral eisen om te voorkomen dat er wordt gesjoemeld tijdens de studie en zodoende de uitslag gemanipuleerd in een gewenste richting.
Eén van die eisen is bijvoorbeeld dubbelblindheid. Een studie is dubbelblind als zowel de patiënt als de behandelaar niet weet of hij een werkzaam middel krijg of geeft. Nu is er misschien voor de patiënt nog wel een constructie te bedenken waar aan deze eis wordt voldaan, maar de osteopaat weet altijd wat hij doet. Dus enkel blind is het hoogst haalbare maar dat wordt onmiddellijk afgeserveerd als onvoldoende. De uitkomsten van de studie genegeerd.

Het samenstellen van een homogene onderzoekspopulatie is ook een ondoenlijke klus. Homogeen betekend "overal gelijk",  dus allemaal dezelfde patiënten met dezelfde kenmerken. Maar wij betrekken juist het hele lichaam bij de analyse van elke individuele klacht.
Vervolgens worden we geacht bij alle patiënten het zelfde te doen. Dat zou op zich kunnen, maar dat is geen osteopathie.

Tot slot is bij ons vak de kunde van de osteopaat van belang. Dus wie voert de te onderzoeken behandeling uit, en zou die niet beter door een ander uitgevoerd kunnen worden.
Een voorbeeld hiervan is een, pas geleden uitgevoerd, onderzoek naar de werkzaamheid van cranio-sacraal therapie, waarbij men de technieken liet uitvoeren door studenten van de opleiding.

Maar al deze overwegingen ter zijde, mijn vraag was: is het nodig of wenselijk.

Laten we met het geld beginnen: Als al het onderzoek uit dezelfde potjes betaald moet worden, waar zou u voor kiezen; onderzoek naar osteopathie of kanker?
Ik zou zelf geen stuiver uitgeven aan osteopathie, als ik eerlijk ben.

Maar waarom dan wel? Om te bepalen of osteopathie werkt? Zegt een onderzoek meer dan de al 140 jaar behaalde resultaten bij onze patiënten? Om te bepalen of het altijd werkt? Dat kan ik u zo ook al vertellen, nee, natuurlijk niet. Maar dat geldt ook voor om het even welke pil. Niets helpt altijd.
Omdat alleen wetenschappelijk bewezen therapieën heilzaam zijn voor de patiënt? Werkelijk? Volgens mij is elke wetenschappelijk bewezen therapie al werkzaam voordat ie wetenschappelijk bewezen is.

De noodzaak en het nut voor gegeneraliseerde uitspraken over de werkzaamheid van osteopathie is minder omdat het op de patiënt toegesneden behandelingen zijn die door een individuele osteopaat worden gegeven. Dat is anders dan miljarden pillen uit één bron voor miljoenen patiënten wereldwijd. Dan wil je zeker weten dat het medicijn ook nut heeft.

Ik zie meer nut in
fundamenteel onderzoek naar de principes van ons vak. Dat helpt de onderbouwing en de ontwikkeling van het vak de juiste richting in en maakt osteopathie van nog grotere waarde als onderdeel van onze gezondheidszorg.

Axel Staps,
Osteopaat, Haarlem

Interessant? Abonneer u op deze blog of lees ook deze blog over osteopathie!

vrijdag 18 augustus 2017

Arbeidsgerelateerde klachten en osteopathie

Arbo, ziekteverzuim, arbeidsongeschiktheid zijn hot thema's tegenwoordig. Iedereen wordt geacht te werken en daarbij worden steeds hoger eisen gesteld aan productiviteit en flexibiliteit, terwijl de oude zekerheden steeds meer worden ingekrompen.

Voor bedrijven, maar ook voor werknemers is het dan ook belangrijk om actie te ondernemen om ziekteverzuim in de hand te houden. Voor werkgevers is ziekteverzuim een aanzienlijke kostenpost en met het teruglopen van de sociale zekerheden kan langdurig ziek zijn vervelende consequenties hebben voor werknemers.

Er spelen heel veel factoren een rol bij het ontstaan van, en het instandhouden van arbeidsgerelateerde klachten. Er zijn ook heel veel disciplines die zich bezighouden met het oplossen van de problemen door aanpassingen op het werk, psychologische ondersteuning, beroepsgeschiktheids-onderzoek en dergelijke. Terwijl één factor lijkt te worden onderbelicht. Het gaat altijd om een persoon met lichamelijke of mentale klachten en de eenvoudigste oplossing zou zijn om die klachten op te lossen. De betrokken werknemer kan dan gewoon weer zijn werk doen, hoeft niet overgeplaatst, outplaced of ontslagen te worden en het scheelt de werkgever een forse investering.
Het probleem is alleen dat de behandeling van arbeidsgerelateerde klachten lastig blijkt te zijn. De therapieën die zich doorgaans met dit soort klachten bezighouden hebben vaak maar betrekkelijk effect, of de trajecten zijn dusdanig lang dat het uitval uit het arbeidsproces niet voorkomt.

Toch komt deze ineffectiviteit hoofdzakelijk door een verkeerd uitgangspunt rond het ontstaan en het instandhouden van arbeidsgerelateerde klachten. Het ontstaan van de klachten heeft maar in beperkte mate te maken met de arbeidssituatie.

Arbeidsgerelateerde klachten zijn overbelastingsklachten die eerder worden veroorzaakt door een verlaging van de belastbaarheid dan door een hoge belasting.

Grofweg zijn arbeidsgerelateerde klachten in te delen in twee groepen: mentale klachten en fysieke klachten. Voorbeelden van de eerste groep zijn burnout en chronische vermoeidheid en onder de tweede groep vallen bijvoorbeeld rugpijn en r.s.i. Hoofdpijn is een klacht die tot beide categorieën kan behoren en er is in bijna alle gevallen een wisselwerking tussen mentale processen en fysieke (fysiologische) processen. Om arbeidsgerelateerde klachten aan de basis, lees de werknemer, aan te pakken heb je een therapie nodig met een brede visie op ziekte en gezondheid.

Een van die therapieën is osteopathie. Osteopathie onderzoekt en behandelt het bewegingsapparaat zoals gewrichten en bindweefselstructuren, interne organen en de schedel en hersenen.
De behandeling van interne organen is belangrijk omdat het functioneren van bijvoorbeeld de armen, rug en benen kunnen worden gestoord door bewegingsverlies van interne organen. Spanning in bindweefsel rond die organen wordt doorgeleid naar het bewegingsapparaat. Het bemoeilijkt zo het bewegen, waardoor weefsel overbelast raakt.
Ook is een goede functie van de interne organen belangrijk voor het goed functioneren van het herstelvermogen.
De behandeling van centraal neurologische structuren via de schedel heeft invloed op het herstelvermogen door het effect ervan op het vegetatieve zenuwstelsel. Daarnaast kan je met specifieke technieken invloed uitoefenen op bepaalde stressreacties.

Arbeidsgerelateerde klachten zijn door de sociaaleconomische implicaties klachten die snel, effectief en permanent moeten worden opgelost. Osteopathie vormt hierbij een waardevolle aanvulling op de, liefst multidisciplinaire, aanpak.

Axel Staps, osteopaat te Haarlem

Interessant? Abonneer u op deze blog of lees ook deze blog over osteopathie

woensdag 17 mei 2017

Zoekt u een therapeut?

Het zal u maar gebeuren, heeft iets waar niemand u van af kan helpen. U heeft pijn, maar de dokter kan niets vinden. 
U bent bij de specialist geweest maar op de scan is niets te zien. Overweegt u daarom het alternatieve circuit? Vindt dan maar eens de therapie of therapeut die bij u past.

Iedereen met een gezondheidsprobleem kent dat wel. Iedereen kent wel een buurvrouw die het zelfde had of een nicht die zweert bij appeltjestherapie.  Zodra je te maken hebt met alternatieve therapieën wordt de wereld onoverzichtelijk. 

Zolang je nog in het reguliere circuit zit, is het netjes gestructureerd. U gaat eerst naar de huisarts en die verwijst u door naar een specialist als hij het niet zelf op kan lossen. U bent over het algemeen ook prima op uw plek bij de arts in uw eigen ziekenhuis, en mocht uw probleem te ingewikkeld zijn komt u redelijk vanzelf bij een andere arts die nog gespecialiseerder is. De infrastructuur is duidelijk en werkt prima.

Maar wat als alle pillen u geen oplossing bieden. Als de dokter zegt dat u er "mee moet leren leven"? Wat als u dat niet kan of niet wilt?

Een alternatieve therapie kan een oplossing zijn voor uw probleem. Er zijn echter zoveel therapieën, dat u snel door de bomen het bos niet meer ziet. Omdat het alternatieve circuit, door het reguliere circuit, snel wordt gezien als kwakzalverij zal de (huis)arts u niet snel (kunnen) helpen met het maken van een goede keus. 

Misschien dat onderstaande tips u helpen om wijs te worden uit het aanbod. Ik som een aantal punten op waar u op kunt letten. Zo kiest u hopelijk makkelijker de therapie die bij u past, maar houdt u ook tijdens het therapietraject zelf de regie.

Beroepsorganisatie

Elke serieuze therapie is serieus georganiseerd. Een goede beroepsorganisatie is een kenmerk van kwaliteit. Kijk maar naar uw huisarts, die zal lid zijn van het NHG, het Nederlands Huisartsen Genootschap. Een beroepsorganisatie bewaakt de ontwikkeling van een vak en zet beleid uit ter kwaliteitsbevordering. Heeft de beoogde therapie geen beroepsvereniging, wees dan alert. 

Register

Een kwaliteitsregister is een algemeen geaccepteerd middel voor de borging van de kwaliteit. Check wel even of het register exclusief is. Zijn er (strenge) eisen waaraan therapeuten moeten voldoen om er in te mogen staan? Houdt het register toezicht op b.v. nascholing en dergelijke?

De therapie zelf

Als u dan uiteindelijk een keuze heeft gemaakt, en u zit tegenover een therapeut, wat dan?
Houdt in ieder geval in gedachte dat u daar zit met een heel concreet doel. En u bent de baas! Laat u uitvoerig informeren over de diagnose, aantal behandelingen en de kosten. De diagnose is bij een alternatieve therapie zelden één woord eindigend op itis, zoals de diagnose van de dokter (en ik overdrijf hier uiteraard licht). Een uitgebreider verhaal hoeft dus niet per definitie slecht te zijn, maar beoordeel wel of u het kunt begrijpen en of u uzelf er enigszins in herkent. Als u twijfels heeft is dat vaak niet voor niets.

Is de therapeut via een logische weg tot zijn conclusie gekomen? Heeft hij een onderzoek verricht en bevindingen gedaan die logisch aansluiten bij de uiteindelijke diagnose? Zo niet, wees alert en vraag uit. Heeft de therapeut één middeltje voor alle kwalen? Mijn advies? pak zo snel mogelijk uw spullen en zeg vriendelijk gedag. 

Worden er ingewikkelde leefregels van u geëist? Wees alert! soms wordt het niet navolgen van deze regels aangegrepen als excuus waarom de therapie niet werkt. Een integer therapeut zal met u zoeken naar een oplossing maar uiteindelijk concluderen dat de therapie niet bij u past en u adviseren niet door te gaan. Een kwakzalver echter, zal u zolang mogelijk aan het lijntje proberen te houden.  

Maar het aller belangrijkste is natuurlijk: werkt de therapie voor u? Elke therapeut kan aangeven hoe snel u kunt merken dat de therapie werkt. Deze inschatting heeft natuurlijk een bepaalde bandbreedte, maar vraag op voorhand hoelang de therapeut denk nodig te hebben en spreek hem er gerust op aan als die verwachting niet uit lijkt te komen. Heeft de therapeut hier geen bevredigende verklaring voor, wees dan wederom alert. Wordt uzelf verantwoordelijk gehouden voor het uitblijven van een effect? Dit is altijd een zwakte bod en mogelijk een teken dat u niet op uw plaats bent. 
Lange therapietrajecten zijn altijd een beetje verdacht. Er zijn natuurlijk uitzonderingen, zoals bepaalde psychische klachten, maar het lichaam is van nature instaat om snel te herstellen, mits de juiste hulp wordt geboden. Als een therapie veel tijd (en behandelingen) nodig heeft, werkt het dan wel of is het het natuurlijk herstel dat uiteindelijk het effect sorteert.

Kosten

De kosten van de reguliere zorg (huisarts, fysiotherapeut) worden vaak rechtstreeks verhaald op de zorgverzekering. U merkt er alleen iets van als de afrekening van uw eigen risico op de mat valt.
Alternatieve therapieën wordt niet, of slechts deels vergoed en altijd vanuit een aanvullend pakket. Een eventuele vergoeding zegt op zich niets over de kwaliteit van de therapie omdat zorgverzekeringen zelf bepalen wat ze wel en niet vergoeden en in welke mate. U moet over het algemeen dus zelf een deel betalen van een alternatieve therapie. De kosten van een behandeling zijn wel een indicatie of u te maken heeft met een integere therapeut, of met een kwakzalver. Maak, voor u aan een therapie begint, een inschatting of de kosten redelijk en logisch in verhouding staan tot het gebodene. Elke therapeut heeft kosten die u, collectief als zijn patiënten, moet dragen. Dus wat zijn de kosten voor de therapie, ten opzichte van bijvoorbeeld de tijd dat de therapeut met u bezig is? Heeft hij een groot pand en dus een hoge huur? 
Krijgt u middelen voorgeschreven? Vraag gerust naar de inkoopsprijs. Een integer therapeut heeft hier misschien een kleine marge op en zal u dat ook gewoon vertellen. Iemand die minder integer is zal alle vragen op dit vlak ontwijken.

Door op deze punten te letten kunt u, als patiënt, zelf al een belangrijke schifting maken in de  hele therapiebrij. U bent waarschijnlijk sneller daar waar u ook echt geholpen kunt worden en sneller weg daar waar u aan het lijntje wordt gehouden.

Rest mij nog u een spoedig herstel en veel gezondheid toe te wensen



Interessant? Abonneer u op deze blog of lees ook deze blog over osteopathie

donderdag 20 april 2017

U Moet Er Maar Mee Leren Leven

Heel veel mensen hebben vervelende klachten waar ze maar niet van af komen. Ik zie, samen met mijn collega-therapeuten van allerlei disciplines, dagelijks mensen met gezondheidsproblemen die soms wel tientallen jaren bestaan. Deze mensen zijn bijna zonder uitzondering al bij de huisarts, fysiotherapeut, manueeltherapeut, medisch specialist en dergelijke geweest. Ik ben als osteopaat nog steeds niet de eerste waar mensen aan denken, maar dat hoeft ook niet.

Het is ook zeker niet zo dat ik hautain afgeef op wat de reguliere medische wereld heet te zijn. Ik ben zelf met veel plezier fysiotherapeut geweest en onderschrijf het belang van dit vak van harte. Ik ben ook enorm blij dat ik in een land woon waar ik naar een huisarts of een ziekenhuis kan als ik ernstig ziek wordt en er verzekerd van ben dat ik de allerbeste medische zorg krijg. Mijn wereld is niet zwart/wit en daarom wordt ik zo langzamerhand wel een beetje moe van de scepsis rond mijn vak. Vaak is de kritiek slecht gefundeerd, gebaseerd op halve kennis en vooringenomenheid. Vandaar dat ik via deze blog maar eens een lans wil breken voor wat de alternatieve therapieën heet te zijn.

Natuurlijk zit en een vleugje zelfpromotie achter dit verhaal, maar de belangrijkste drijfveer is om de huidige koers die de publieke opinie krijgt een beetje bij te sturen. Onder aanvoering van onder anderen de vereniging tegen kwakzalverij lijkt er een maatschappij-brede verkettering gaande van alles en iedereen die niet op een universiteit medicijnen (let op ik gebruik bewust niet het woord geneeskunde) heeft gestudeerd.

De eerder genoemde vereniging tegen kwakzalverij heeft haar definitie voor kwakzalver zodanig aangepast dat praktisch iedereen die geen arts is er onder valt. Zowiezo alle alternatieve therapieën, zonder onderscheidt en owee als je als arts een dezer therapieën bedrijft. Is dat terecht? Ik denk het niet. Als de reguliere medische wetenschap de wijsheid inderdaad in pacht had, had ik er volkomen vrede mee. Ga ik lekker wat anders doen, bonsaiboompjes kweken ofzo. Maar jammer genoeg is dat niet zo. Er zijn vele duizenden patiënten die gezondheidsproblemen hebben die hun heil niet vinden bij de (huis) arts. Dit wordt dan vervolgens afgedaan als "psychisch" en verder genegeerd, maar de patiënt is ook een persoon, een mens die lijdt en die persoon heeft recht op een alternatief.

Om het onderscheidt te maken tussen regulier en alternatief (en eigenlijk tussen goed en slecht) worden vaak dezelfde argumenten gebruikt die ik hier in ieder geval een beetje wil relativeren.

1. Wet BIG.

Allereerst kennen we in Nederland de wet BIG, de wet "Beroepen Individuele Gezondheidszorg". Dit is een lijst van praktisanten van een bepaalt aantal disciplines. Het is een lijst van dokters, zeg maar, gegroepeerd naar wat voor dokter je bent. Er staan niet alleen artsen in, maar bijvoorbeeld ook fysiotherapeuten, omdat fysiotherapie "op de lijst staat". De Wet BIG stamt uit 1993 en toen is dat lijstje van beroepen samengesteld. Vanaf dat moment is er een duidelijk onderscheidt (wettelijk) ontstaan tussen "regulier" en "alternatief". Je staat erin of niet, zeg maar.

Alleen is dat eigenlijk niet terecht. De wet was namelijk juist bedoeld om zoveel mogelijk mensen in staat te stellen zorg te verlenen, met een eigen verantwoordelijkheid. Daarnaast heeft de wet als functie om:
  • de kwaliteit van de uitoefening van de gezondheidszorg te bewaken en zorgvragers te behoeden tegen onzorgvuldig handelen door zorgverleners.
  • daar waar nodig zaken apart regelen (alleen voor bepaalde handelingen en bepaalde beroepen)


Plat gezegd: de wet is bedoeld als bescherming van patiënten tegen onbevoegd en schadelijke handelingen. Daarom staan chirurgen en medicijnverstrekkende disciplines in de BIG. Vanuit dat uitgangspunt zou fysiotherapie er eigenlijk niet in hoeven staan omdat het geen potentiële gevaarlijke therapie is. Het regelt wie wat mag doen, zodat de bakker vervolgt kan worden als hij besluit openhart-operaties uit te voeren in zijn vrije tijd.
De wet maakt juist de inzet van alternatieve therapieën mogelijk door de bevoegdheden te kaderen.

2. Wetenschap.

Een ander veel gebruikt argument is dat alternatieve therapieën niet wetenschappelijk bewezen zouden zijn. Nu valt dat vaak ontzettend mee en wordt er ontzettend veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar alternatieve therapieën, maar daar gaat het niet eens om.
Als je stelt dat een bewering niet wetenschappelijk is onderbouwd door onderzoek, kun je niets zeggen over de juistheid van de bewering. Je kunt dus pas zeggen dat een alternatieve therapie niet werkt als je het hebt onderzocht. Het argument dat een therapie niet werkt omdat er geen wetenschappelijk bewijs voor is, is dus fundamenteel onjuist.

3. Denkmodellen

Alternatieve therapieën worden vaak simpelweg afgerekend op de basisvisie van de therapie in kwestie. Eigenlijk is het zo dat hoe verder het denkmodel afstaat van het huidige, algemeen geaccepteerde, reguliere denkmodel, hoe onjuister dit denkmodel wordt gevonden. 
Dit punt haakt in op het vorige punt, wetenschap. In discussies met reguliere artsen worden alternatieve therapieën al snel afgedaan als onzin omdat de gedachte niet strookt met de kennis die de betreffende arts hanteert. Dit is met een mooie wetenschappelijke uitspraak "Authority based". Dus een mening die op autoriteit (van het medisch model) is gebaseerd. Men vindt dat het niet klopt. Wetenschappelijk gezien is dit de zwakst mogelijke uitspraak.

De argumenten tegen alternatieve therapieën zijn dus zwak en discutabel. Maar So What? De huisarts weet toch wel wat goed voor me is?
Nou ja, niet altijd dus. De uitspraken "we kunnen niets voor u doen" en " u moet er maar mee leren leven" horen niet thuis in de gezondheidszorg. De patiënt heeft recht op een oplossing van zijn klachten en een betere samenwerking tussen "regulier" en "alternatief" is op zijn plaats.

Axel Staps D.O.-mro


Axel Staps is osteopaat te Haarlem en gespecialiseerd in het oplossen van chronisch gezondheidsklachten.


Interessant? Abonneer u op deze blog of lees ook deze blog over osteopathie!